zaterdag 31 maart 2018

Terug in de tijd in de oude smederij van de familie Pot deel 2

Vader Anton zat in de oorlogsjaren bij de luchtbescherming en zorgde oa voor het luchtalarm. Deze werd handmatig gedraaid om de sirene te laten loeien.
Vreemd genoeg voor de oorlogsjaren ging bepaalde ontwikkelingen wel door. Zoals de aanleg van stroom. Deze werd, natuurlijk bovengronds, in 1943 aangelegd. Dat heeft men bij de familie Pot nog weleens geweten, want als het bij onweer op de draden sloeg, dan vonkte het letterlijk in huis, op de plek waar de stroomdraden het huis in kwam.

De Poppenallee bestond in die dagen uit 2 sporen met keien daarin. De duitsers hebben deze met gebruik van dwangarbeiders verder verhard. Waarschijnlijk mede door het feit dat er een lanceerbasis in november 1944 kwam op de Mataram waar de V2 werd afgeschoten. Herman herinnert zich dit nog goed, hij is weleens stiekem gaan kijken en was diep onder de indruk van het enorme vuur en welk licht dit teweeg bracht in de omgeving. Om maar niet te hebben over het lawaai. Je kon overigens horen aan het geluid of de lancering goed ging of niet. De V2 werd oa afgevuurd op Londen en Antwerpen wat toen al was bevrijd door de geallieerden.

Bij de zware storm van februari 1953 (watersnoodramp in Zeeland) begon het gekwetste dak (luchtaanval) toch te lekken en werd besloten om het bovenhuis opnieuw op te bouwen en dit werd door het bouwbedrijf van de gebroeders Lindeboom gedaan.
Zoals al eerder gezegd, het huis staat op een van de hoogste punten in Wijthmen maar in 1959 was het zo’n enorme droge zomer, dat zelfs de waterput achter het huis helemaal droog viel. En omdat men in die tijd nog afhankelijk was deze put waar het water met een handpomp naar boven werd gehaald, moest er water in Zwolle worden gehaald. Dat was andere koek dan de tijd dat het water aan de overkant stond van de weg.
Herman heeft werkelijk van alles gedaan om aan de kost te komen wat niet zo gemakkelijk was in die tijd. Hij ging met lichting 57-2 zijn dienstplicht vervullen bij de Marine (!). Hij heeft een aantal jaren in de kolenmijnen in Limburg gewerkt. Waar het gewone loon zo rond de 6 gulden lag, kon hij daar 33 gulden verdienen. Er was in die tijd een crisis in het verkrijgen van grondstoffen. Hij ging dan 2 a 3 weken in de kost en kwam dan weer even thuis.
Hij heeft gewerkt als monteur bij busbedrijf Schutte, welke toen nog in de Vechtstraat zat.
De smederij is eigenlijk in de loop van de jaren steeds meer garage geworden en Herman haalde zijn diploma bij de BOVAG zodat hij de vergunningen voor de garage kreeg.

Het werd dan in het begin van de jaren zestig dan ook A.A.Pot en Zoon.
Ze kochten een mobiele benzinepomp bij Eshuis met een 60 liter tank.
Zus Diny heeft er uiteindelijk voor gezorgd dat de vergunningen er kwamen om
vaste benzine pompen bij de garage te krijgen. Dat was een hele papierwinkel.

Herman wilde graag een stukje grond kopen aan de overkant wat helaas niet lukte, om een tuin te maken. Maar wat kun je dan ook doen met een plat dak boven de garage? Juist een tuin maken. Zo gezegd, zo gedaan. Hier beoefent hij trouwens nog steeds zijn hobby, namelijk astrologie, ook daar kan hij u alles van vertellen.

Ze kregen vier pompen bij de garage. En een startkapitaal van Shell, als men dan oa ook de grote lichtreclame van Shell bovenop de garage zette. Op deze manier kon de automobilist de benzinepomp al zien vanaf de Ganzepanbrug.

Moeder Pot( 1904) overleed in 1971 en vader Anton in 1980.
Herman ontmoette zijn vrouw Joke, die als verpleegkundige werkte bij de cardiologie in de Weezenlanden, toen hij daar een bezoek bracht met zijn vader.
Zij zijn in 1979 getrouwd en kregen 2 kinderen, dochter Tonnij en zoon Anton.
Samen hebben zij hard gewerkt in de garage en fietsenwinkel. Later kwam daar ook nog het postkantoortje bij. Herman was een man van de techniek maar om alles te leren wat met een postkantoor had te maken, ging hij een poosje werken/ warmdraaien in het oude postkantoor op de Nieuwe Markt in Zwolle. Daar leerde hij het verwerken van een giro, een cheque uit te betalen enzovoort.

Joke was inmiddels gestopt als verpleegkundige en bestierde de winkel waar je van alles kon kopen. Menig Wijthmenaar moet zich dit herinneren. Van snoep tot batterijen, en van sigaretten tot spijkers. En natuurlijk de benzine of diesel aan de pomp niet te vergeten. En af en toe helpen om een cilinderkop uit een motor te draaien vond Joke niet erg. Maar ook de fietsenhandel en reparatie ging door, gasflessen konden worden gekocht maar ook een mooie brommer.
In de garage stond inmiddels een brug om een auto op te kunnen zetten.

Herman kon dat werk niet meer alleen af en nam  een medewerker in dienst.
Waaronder oud wethouder van Dalfsen, Evert Goldsteen. Maar ook Marinus Meijer, Wim Beltman en Egbert van Leusen hebben allemaal flink de handen uit de mouwen gestoken als monteur in de garage.
Herman en Joke benadrukken dat dit ondanks het harde werken, een mooie tijd was. Herman als techneut, repareerde namelijk ook flipperkasten.
En daar stond er een van achter in de garage. En zo kwam de schooljeugd aan het eind van de dag, gezellig flipperen en werd bij de Mol wat patat en een biertje gehaald.


Gezelligheid aan de keukentafel bij Herman, Anton en Joke Pot

Achterin de garage kwam een kleine kantine, wat inmiddels de huidige keuken is.
In 1999 zijn ze gestopt met de pompen. In verband met nieuwe regelgeving voor het milieu zouden ze een half miljoen gulden moeten investeren en dat werd toch echt teveel van het goede. Herman en Joke hadden nog een paar jaar ‘willen doordoen’ maar na een 3e inbraak, waarbij voor 8000 gulden aan sigaretten werd gestolen, werd het gevoel voor onveiligheid wel erg groot. Als de familie op zondag naar oma Bruggeman op Laag Zuthem ging en ze kwamen weer thuis, dan werd eerst alles nagekeken. Dat gevoel ging niet meer weg en ze besloten te stoppen. Acht jaar geleden heeft zoon Anton het huis gekocht.

De huidige garage met de grote hobby van Anton, een oude Lanz bulldog en bovenin het rek, oude stationaire motoren van pa.

Zo druk de Zwolse weg en later de Heinoseweg was, zo is het nu al een stuk rustiger met de gedeeltelijke opening van de nieuwe N35. Ze hopen de vernieuwingen nog een poosje mee te maken. En de ramen welke boven open moesten vanwege de Engelse ziekte, in vroegere jaren en later dicht moesten blijven vanwege het lawaai van het verkeer, kunnen nu toch weer open…
Het was weer een bijzondere ontmoeting, bedankt familie Pot.


                                                                                                              Marianne ten Klooster

Geen opmerkingen:

Een reactie posten